Systeemdenken 2. Doel
1
2 3 4
voltooid

Actiegerichtheid KRW

Hoofdstuk
Geschreven door Erik Dekker
ongeveer 3 minuten om te voltooien

Actiegerichtheid KRW
De KRW is actiegericht. Waterbeheerders zijn verantwoordelijk voor het beschermen of herstellen van de waterkwaliteit, en moeten daarvoor maatregelen nemen. In 2027 moet de waterkwaliteit goed zijn, zodat water geschikt is voor irrigatie, zwemmen, veedrenking, de productie van drinkwater, en als leefgebied voor aquatische organismen. Maar hoe weet je welke maatregelen er genomen moeten worden, en waar? Daarvoor suggereert de KRW de DPSIR-analyse. In dit Hoofdstuk wordt deze aanpak geïntroduceerd, en leert u ermee te werken.

De DPSIR-analyse van het watersysteem
De DPSIR-analyse is ontworpen om snel een compleet beeld te krijgen van de drukfactoren die de waterkwaliteit nadelig beïnvloeden. De DPSIR-analyse is ook efficiënt. Alle bestaande kennis wordt bijeen gebracht. Vaak is er al heel veel informatie beschikbaar om goede maatregelen af te leiden.

Wat is de basis van de DPSIR-analyse?
De basis voor de toepassing van de DPSIR-analyse is het niveau van het watersysteem. De DPSIR-analyse is ontworpen om alle waterbeheerders in een gebied te laten samenwerken bij de monitoring van de in een gebied aanwezige drukfactoren, het interpreteren van de verzamelde gegevens, en het afleiden van effectieve maatregelen die de kwaliteit van het watersysteem verbeteren. In het leerpad Systeemdenken wordt getoond op welke manieren de samenwerking vorm kan krijgen.

Hoe werkt de DPSIR-analyse?
De DPSIR-analyse wordt getoond in de Figuur hieronder. De letters betekenen, dat er gegevens verzameld worden over vier onderwerpen, om daaruit de actie (maatregelen, Response) af te leiden:

Exit fullscreen

Merk op, dat de R (Response, Maatregelen) centraal staat. De actiegerichtheid van de KRW is omgezet in de centrale positie van de R! De overige letters zijn de Engelse afkortingen voor vier soorten gegevens, die voor een deel bestaat uit eenvoudig zichtbare informatie, en voor een deel uit monitoring-gegevens.

Informatie die zichtbaar is in het landschap en het watersysteem:

D (Drivers): Bij deze stap verzamelt de waterbeheerder informatie over de economische activiteiten in het beheergebied en de bevolkingsdichtheid.

P (Pressures): Bij deze stap gaat het om de daadwerkelijke emissies van stoffen, zoals die door de Drivers wordt veroorzaakt.
Informatie uit monitoring-activiteiten van het water:

S (Status): Bij deze stap gaat het om monitoring-gegevens over de waterkwaliteit. Het kan gaan over:

  • Chemische concentraties
  • Effecten waargenomen in Bioassays

I (Impacts): Bij deze stap gaat het om gegevens over effecten:

  • Op de ecologie
  • Op de zuiveringsinspanning die nodig is voor drinkwaterbereiding

Het lokale watersysteem, en boven- en benedenstroomse drukfactoren
Merk op dat de drukfactoren in een watersysteem van lokale bronnen kunnen komen, zoals de effluent-lozing van de rioolwaterzuiveringsinstallatie of afspoeling van stoffen uit de landbouw, maar dat ze ook van bronnen verder weg afkomstig kunnen zijn (bovenstrooms landgebruik en emissies) en benedenstrooms effecten kunnen hebben. Het leerpunt hier is daardoor dat een watersysteemanalyse ook moet kijken naar bovenstrooms bronnen van verontreinigingen, en naar transport naar benedenstroomse watersystemen. Een goede DPSIR-analyse kijkt ook naar boven- en benedenstroomse aspecten.

Kies de meest toepasselijke SFTox-hulpmiddelen voor de DPSIR-analyse

  • De SFTox bevat voor elk onderdeel van de DPSIR-analyse hulpmiddelen.
  • De waterbeheerders kunnen (in samenwerking) de nodige informatie verzamelen, en daarbij beginnen met de voor het beheergebied meest efficiënte aanpak. Soms is er bijvoorbeeld al veel informatie beschikbaar uit monitoring, van de voorgaande jaren. Er kan dan al een kaart gemaakt worden van de Status van de waterkwaliteit, zodat duidelijk wordt welke onderdelen van het watersysteem onder druk staan van chemische verontreinigingen. Daarbij kan specifiek geanalyseerd worden welke stofgroepen en specifieke stoffen een grote bijdrage leveren aan de toxische druk. Door samenwerking tussen waterschappen en drinkwaterproducenten kunnen de monitoringgegevens inzicht geven in de ruimtelijke verschillen en de (bovenstroomse en lokale) bronnen (waterschappen), en in de trends in de tijd bij het innamepunt van ruw-water voor drinkwaterproductie (drinkwaterbedrijven).
  • De opzet van een watersysteemanalyse is altijd afhankelijk van de al beschikbare informatie, en van de inschatting van de informatie die waarschijnlijk nog mist maar cruciaal kan zijn. Elke opzet kan anders zijn. Elke opzet kan bestaan uit een slimme combinatie van SFTox-hulpmiddelen, bedoeld om zo snel, efficiënt en compleet mogelijk inzicht te krijgen in de factoren die de waterkwaliteit aantasten. Om een opzet te kunnen kiezen is inzicht nodig in de SFTox-hulpmiddelen die voor iedere DPSIR-stap beschikbaar zijn